Fact-checking heeft geen negatieve invloed op mediavertrouwen
Deze studie onderzoekt hoe fact-checks mediavertrouwen beïnvloeden. Uit onderzoek in Vlaanderen, uitgevoerd over zes maanden en met drie meetmomenten, blijkt dat mensen die vaker fact-checks zien, ook meer mediavertrouwen hebben. Er is echter geen bewijs voor een oorzakelijk verband: fact-checks vergroten of verkleinen het mediavertrouwen niet op de lange termijn. Dit resultaat laat zien dat fact-checking geen negatieve effecten heeft op mediavertrouwen, ondanks zorgen hierover vanuit politieke en technologische kringen.
Studie over
Fact-checking
Onderzoeksmethode(n)
Longitudinaal onderzoek
Panelonderzoek
Survey
Medium/technologie
Nieuwsmedia
Soort publicatie
Wetenschappelijk artikel
Tags
Nieuwsmedia
vertrouwen in (nieuws)media
misinformatie
fact-checking
Kerninzichten
Verschillen tussen personen: Mensen die vaker fact-checks tegenkomen, hebben gemiddeld meer vertrouwen in de media. Daarnaast hebben individuen die regelmatig mainstream media consumeren en politiek meer naar links neigen, doorgaans meer vertrouwen in de media en worden vaker blootgesteld aan fact-checks. Dit sluit aan bij eerder onderzoek dat wijst op "vertrouwenskloof" tussen mensen die fact-checks lezen en zij die vaker in aanraking komen met desinformatie.
Geen oorzakelijke effecten binnen personen: Het onderzoek vond geen bewijs dat blootstelling aan fact-checks mediavertrouwen beïnvloedt. Ook andersom blijkt mediavertrouwen niet te bepalen of mensen vaker fact-checks lezen. Er is dus geen sprake van een oorzakelijk verband tussen deze twee factoren.
Een mogelijke verklaring ligt in de specifieke aard van fact-checks. In tegenstelling tot algemene waarschuwingen over desinformatie richten fact-checks zich op de nauwkeurigheid van specifieke uitspraken. Hierdoor wordt minder snel een "wantrouwende mindset" geactiveerd bij lezers, wat bij algemene waarschuwingen wel kan gebeuren.
Invloed van verkiezingen: De derde meetronde van het onderzoek vond plaats tijdens de Belgische verkiezingsperiode. Tijdens verkiezingscampagnes hebben burgers vaak een grotere behoefte aan informatie, mede omdat stemmen verplicht is in Vlaanderen. Wanneer nieuwsmedia deze informatie effectief leveren, kan dit het vertrouwen in de media vergroten. Opvallend genoeg nam de blootstelling aan fact-checks in deze periode af, waarschijnlijk omdat fact-checkers zich meer richtten op politieke onderwerpen en minder op sociale media-hoaxes.
Conclusie: Ondanks beperkingen biedt deze studie waardevolle inzichten in de discussie over mogelijke neveneffecten van fact-checking op mediavertrouwen. Dit is het eerste onderzoek dat het RI-CLPM-model toepast in deze context, wat het mogelijk maakt om de relatie tussen mediavertrouwen en fact-checks in twee richtingen te onderzoeken. De afwezigheid van oorzakelijke effecten wijst erop dat fact-checking geen negatieve impact heeft op mediavertrouwen.
Wouters, F., Wittner Franckx, L., Zarouali, B., & Opgenhaffen, M. (2025). Does fact-checking influence media trust? Longitudinal evidence from Flanders. European Journal of Communication. https://doi.org/10.1177/02673231251400203
Onderzoek in de kijker
Elke maand komen er in Vlaanderen gemiddeld 16 nieuwe papers en publicaties uit rond media en communicatie. We selecteren voor jou enkele markante publicaties.